Stijntje Gerrits
Stijntje Gerrits ,
geb. in 1670,
ovl. op 08-03-1708 te Huijsen; Pro Deo,
, -
ZIE OOK: Blaricum-Begraven-Kosten: 25-05-1708: f 3,-.- Vader:
Gerrit Gerritsz Boer ( Boertgen), zn. van Gerrit Gerritz Boertgen en N. Gerberts Kruijff,
geb. in 1645 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1686-69,
OAH-II-E-180; Verponding 1674: 5 16 8,
ovl. in 1675 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1690-50,
begr. in 1695,
, --
GERRIT GERRITSZ BOER
Huizen Koptienden (1686-69 1690-50):
1686-69: v. Lambert Martens de Jonge 1 Spt 3 cop 1/2
- v. Christoffel (Abrahamsz)v.d.Broeck 4 cop 1/4
- v. Dirck Lambertsz 2 cop
- Situatie: 2 Spt 1 cop 3/4
1690-59: VAN Peter Jansz Visser 1 Spt
- op Claes Lambertsz Prins 7 cop
- op Elbert Jacobsz de Smit 7 cop 1/2
- op Claes Jan Volcksz 1 Spt
- op Gerrit Jacobsz Comin 3 cop 1/4
-
ONA-3669A111; 02-03-1667: Huwelijkse voorwaarden tussen Gerrit Gerritsz jongeman tot huijsen geassisteert met haar ooms en bloedvoogden Hendrick Gerritsz en Willem Gerritsz ter ene en Jannetje Cornelis jonge dochter geassisteert met haar
voogden Jacob Gerritsz oud-buurmeester en Lambert Gijsbertsz Smits oud-schepen van huijsen ter andere; Elbertge Cornelis zuster van de bruijd; ZIE 3669A72
-
ORA-184-3171; 17-05-1667b: Jan Cornelisz die gedaghvaert was van wegen Gerrit Gerritsz Boertgen als getrout hebbende Jannetgen Cornelis over betalinge van de / van f 333 die gemelte Jan Cornelisz schuldich was over coop van 2/3 parten van 't
huijs bij hem bewoont volgens
-
ORA-184-3171-28-11-1669: Cornelis, en de voogden van de innocente Elbertge Cornelis, die het ene jaar bij haar broer Jan Cornelisz en het andere jaar bij haar zuster Jannetge Cornelis zou wonen; voogden zijn Jacob Gerritsz en Lambert Gijsbertsz
Smits
-
ONA-3684A003; 02-06-1672: Hendrick Cornelisz en Gerrit Tijmensz horre, schepenen van huijsen, getuigen en verklaren op verzoek van Jan Cornelisz, dat zij op zijn verzoek ten huize zijn geweest van zijn zwager Gerrit Gerritsz Boer, gehuwd met
zijn zuster Jannetje Cornelis, aan wie hij, Jan Cornelisz, had gevraagd of zij hun andere zuster Elbertje Cornelis met hem mee wilde laten gaan, waarop Jannetje Cornelis zei dat dat niet zonder instemming van haar voogden kon.
-
ORA-3171; 15-09-1764: Gerrit Gerritsz Boer als getrout gehadt hebbende Jannetgen Cornelis, noe uxoris erffgenaem van Elbertje Cornelis mitsgaders de vooghden over de nagelaten kinderen van de voorn Jannetgen Cornelis eijschers en arrestanten
CONTRA Jan Cornelisz mede erffgenaem van de voorn. Elbertje Cornelis gedaagde en gearresteerde
Concludeert tot decretatie van het gedane arrest op het coorn gewas staende op de landerijen enz. Jan Pietersz Oude @ Isaack Willemsz als goede mannen
-
ORA-3183; 27-04-1675: Lambert Gijsbertsz Smits @ Jacob Gerritsz Grutter woonaghtigh alhier komen terug op een eerder d.d. 24-05-1674 door hun gedane verklaring en verclaerden ten versoecke van Jan Cornelisz dat Bijtjen Everts zaliger tot haren
huijsen gecomen is, @ haer deposanten versoght heeft dat sij Elbertgen Cornelis haer Nighte soude willen besteden bij Gerrit Gerritsz Boer in cost, dranck@ andere lighamelijcke nodruft, @ dat sij de penningen die sij daer voor soude beloven dat
sij Bijtje Everts 't gelt geven soude welck accoort sij deposanten op haer versoeck metten voorn Gerrit Gerritsz Boer gemaeckt hadde op f 70 jaerlijcks ; Lambert Gijsbertsz Smit was verzocht dit te geven enz
-
ONA-3667A033; 26-02-1676: Gerrit Gerritsz Boer (31) Willem Anxsz (26) Claes Willemsz (21)Tijmen Gerritsz (20) Pieter Jansz (19) alle woonachtich tot huijsen, d'welcke verclaerden @ attesteerden ter versoecke van Tijs Smit jongesel en Ruijter
enz; overige getuigen Dirck Gerritsz Doorn ende Sijmen Jansz
-
ORA-184-3172; 12-06-1677: compareerde voor Hendrick Ebben @ Gijsbert Evertsz Cos schepenen tot huijsen Gerrit Gerritsz Boer en verclaerde hij ten versoecke van Jan Jansz Oude @ Pieter Visscher als curateurs over sijn comparants boedel, dat
onder hem comparant geen goedt van Elbertgen Cornelis is berustende, als 't geen hij gebraght heeft onder de goede mannen ofte arbiters die de questie tusschen hem @ Jan Cornelisz hebben bijgelijdt enz
-
ORA-184-3184-A004; 12-11-1677: Gijsbert Evertsz Cos ende Willem Maurisz schepenen in Huijsen, Geertje Gerrits huijsvrouwe van Cornelis Gerritsz Metselaer d'Oude, ende Marritje Cornelis hare doghter, versoght vanwege de Curateurs van den boedel
van Gerrit Gerritsz Boer, verklaarden dat als wanneer Jannetge Cornelis (doghter en erfgenaem van Cees (=Cornelis) Jan(zs) en Steijn Everts haer vader en moeder zaliger) met haer broeder (Jan Cornelisz) partijdigh of twistende waren over een
seeckere sake, sij Jannetgen Cornelis alsdoen is comen wonen ten huijse van haer comparanten en datte selve Jannetgen Cornelis eenige tijdt bij haer comparante gewoont hebbende, voor den dagh gebraght heeft seeckere swarte huijck die voor desen
haer moeder zaliger toebehoort hadde. Ende dat sij de selve huijck naderhant (comende te trouwen met Gerrit Gerritsen Boer) tot haren lijve heeft laten maken en dat sij deselve oock heeft gebruijckt, soo als van gelijcken de voorn Jan Cornelis
gebruijckt heeft de mantel van sijn vader,
tr. in 1667 te Huijsen; Huw.v.w. 3669A111; 02-03-1667.
- Moeder:
Jannetje Cornelis Jansz Lubbertsz , dr. van Cornelis Jansz Lubbertsz en Stijntge Everts ,
geb. in 1642 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1667-68,
ovl. in 1674 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1677-49,
, -
JANNEGEN CORNELIS JAN LUBBESEN
Huizen Koptienden (1667-68 1677-49):
1670-68: v.VADER Cornelis JanLubbertsz 2 Spt 5 cop 1/8
- v. Willem Gerritsz 3 cop
- Situatie: 3 Spt 1/8
1670-68: v. Gerrit Gerritsz Boertgen 4 cop
- Situatie: 3 Spt 4 cop 1/8
1671-54: + JAN LUBBESEN
1675-54: Sluij
1676-54: Sluij
- op Gerrit Gerritsz 1 Spt 6 cop
- Situatie: 1 Spt 6 cop 1/8
1677-49:
- op Jan Jansz d'Oude 7 cop 1/8
- op Henrick Willemsz 7 cop
-
ORA-184-3171; 26-01-1666: Jan Cornelis CONTRA Gijsbert Jansz Lustigh; Lambert Gijsbertsz Smits en Jacob Gerritsz als bij den Gereghte gestelt tot vooghden van Elbertgen Cornelis en Jannetgen Cornelis @ in die qualiteit de saeck vanwege de
voorn weeskinderen aennemende voor Gijsbert Jansz Lustigh concluderen .
-
ONA-3669A072; 19-08-1666: Testament van Bijtge Everts, weduwe van Elbert Jansz Swart in leven schout tot huijsen laat na aan: ZIE ONA-3669A111; 02-03-1667
- de twee dochters en de zoon van haar zuster Stijntge Everts: Elbertge Cornelis en Jannetge Cornelis en Jan Cornelisz; voogden van Elbertje Cornelis zijn Jacob Gerritsz, tegenwoordige buurmeester, en Lambert Gijsbertsz Smits schepen tot
huijsen
- de drie dochters van haar zuster Tijmentje Everts: Elbertge Rijcks, Annetge Rijcks en Jannetge Rijcks
-
ONA-3669A111; 02-03-1667: Huwelijkse voorwaarden tussen Gerrit Gerritsz jongeman tot huijsen geassisteert met haar ooms en bloedvoogden Hendrick Gerritsz en Willem Gerritsz ter ene en Jannetje Cornelis jonge dochter geassisteert met haar
voogden Jacob Gerritsz oud-buurmeester en Lambert Gijsbertsz Smits oud-schepen van huijsen ter andere; Elbertge Cornelis zuster van de bruijd; ZIE ONA-3669A72; 19-08-1666
-
ORA-184-3171; 28-11-1669: Financiële questie tussen Jan Cornelis en Gerrit Gerritsz Boer als getrouwt hebbende Jannetge Cornelis, en de voogden van de innocente Elbertge Cornelis, die het ene jaar bij haar broer Jan Cornelisz en het andere jaar
bij haar zuster Jannetge Cornelis zou wonen; voogden zijn Jacob Gerritsz en Lambert Gijsbertsz Smits
-
ONA-3684A003; 02-06-1672: Hendrick Cornelisz en Gerrit Tijmensz horre, schepenen van huijsen, getuigen en verklaren op verzoek van Jan Cornelisz, dat zij op zijn verzoek ten huize zijn geweest van zijn zwager Gerrit Gerritsz Boer, gehuwd met
zijn zuster Jannetje Cornelis, aan wie hij, Jan Cornelisz, had gevraagd of zij hun andere zuster Elbertje Cornelis met hem mee wilde laten gaan, waarop Jannetje Cornelis zei dat dat niet zonder instemming van haar voogden kon.
-
ORA-184-3171; 15-09-1674: Gerrit Gerritsz Boer als getrout gehadt hebbende Jannetgen Cornelis, noe uxoris erffgenaem van Elbertje Cornelis mitsgaders de vooghden over de nagelaten kinderen van de voorn Jannetgen Cornelis eijschers en
arrestanten CONTRA Jan Cornelisz mede erffgenaem van de voorn. Elbertje Cornelis gedaagde en gearresteerde
Concludeert tot decretatie van het gedane arrest op het coorn gewas staende op de landerijen enz. Jan Pietersz Oude @ Isaack Willemsz als goede mannen
-
ORA-184-3172;14-02-1675a: Jan Cornelisz als Erfgenaem van Elbertgen Cornelis, @ Jan Pieters Vergoes als vooghde over kinderen van Jannetge Cornelis gedaegden CONTRA Gijsbert Smit ?
-
ORA-184-3184-A004; 12-11-1677: Gijsbert Evertsz Cos ende Willem Maurisz schepenen in Huijsen, Geertje Gerrits huijsvrouwe van Cornelis Gerritsz Metselaer d'Oude, ende Marritje Cornelis hare doghter, versoght vanwege de Curateurs van den boedel
van Gerrit Gerritsz Boer, verklaarden dat als wanneer Jannetge Cornelis (doghter en erfgenaem van Cees (=Cornelis) Jan(zs) en Steijn Everts haer vader en moeder zaliger) met haer broeder (Jan Cornelisz) partijdigh of twistende waren over een
seeckere sake, sij Jannetgen Cornelis alsdoen is comen wonen ten huijse van haer comparanten en datte selve Jannetgen Cornelis eenige tijdt bij haer comparante gewoont hebbende, voor den dagh gebraght heeft seeckere swarte huijck die voor desen
haer moeder zaliger toebehoort hadde. Ende dat sij de selve huijck naderhant (comende te trouwen met Gerrit Gerritsen Boer) tot haren lijve heeft laten maken en dat sij deselve oock heeft gebruijckt, soo als van gelijcken de voorn Jan Cornelis
gebruijckt heeft de mantel van sijn vader.
tr. op 31-01-1694 te Huijsen
met
Jan Jansz Ruijter de,
geb. in 1670 te Koptienden Huizen Eerste: 1695-71,
ovl. op 18-09-1719 te Huijsen; DTB-20,
begr. op 18-09-1719 te Huijsen,
, -
JAN JANSZ (DE) RUIJTER
Huizen Koptienden (1695-71 1710-32)
1695-71: v. weeskinders van
- Gerrit Gerritsz Boer 1 Spt 1 cop 1/2
1704-49: op Fijtes Elbertsz Smit 4 cop 3/4
- Situatie: 4 cop 3/4
1709-49: op Aert Gerritsz 2 cop 1/4
- Situatie: 2 cop 1/2
1710-32: op Fijtes Elbertsz Smit 2 cop 1/2
-
ORA-184-3175; 02-01-1697: Akte 1 Extraordinaer vergadering t.b.v. de crediteuren van de boedel van Jan Cornelisz in leven woonachtig in Huijsen, o.a.:
- Jan Jansz de Ruijter f 14,- voor diensten en land reijcking
-
ORA-184-3195A464; 18-09-1699: Jan Jansz De ruijter bekende schuldigh te wesen aan Swaantje Jans weduwe van Gerrit Jansz Geus een somme van f 100 verbindende enz.
Anno 08-02-1713: ik ondergetekende Lambert (Willemsz) Pronck als in Huwelijk hebbende Marritje Tijmens (Doorn) bekennen van de bovenstaande schepenkennisse voldaen en betaelt te wesen ten oirconde dese bij mij ondertekent den 08-02-1713
-
Naarden, S+L, 3712-Vreemdelingen; 22-01-1706; Een wever en visser; geboren in 't Leger of elders; Sijn vader was: was een vreemde ruijter. Liet sijn zoon ten laste van het dorp blijven
-
184-3215A057; 15-01-1712: Ebbe Willemsz Koij en Lambert Rijkz Lustig schepenen. Rut Jansz Perk getrouwd met Grietje Jacobs Boutse, item Tijmen Willemsz, Tijs Doorn getrouwd met Geertje Cornelis, Hendrik Gerritsz Schipper getrouwd met Claasje
Cornelis, Dirk Cos, Geertje Jan Boutse, Jan de Ruijter getrouwd met Willempie Tijmens Cos, Jacob Tijmensz als voogt over de minderjarige kinderen van Cornelis Jacobsz Schram, zich ook sterk nakende en de rato caverende voor Claasje Jan Boutse,
en Jan Cos, Maarten Bout, en Jan Claasz als voogden over Hendrik Jansz Bout, en eijndelijk deselve Maarten Bout voor zich zelf, alle te samen erfgenamen van Claas Gijsbertsz Bout, ende verklaarden in voorn. qualiteit te hebben gemachtigd de
voorn. Jacob Tijmensz om in hun naam te compareren voor schout en schepenen tot Naarden alswel binnen het dorp om aldaar te transporteren sodanige huis en landerijen als zij berijds publiekelijk verkocht hebben of nog zullen verkopen
-
ORA-184-3217A022; 25-10-1724: Marten Jansz Bout en Hendrik Jansz Bout voor haar selfs en de rato caverende voor haar susters Geertje Jans Bout en Claasje Jans Bout alle de enige kinderen van Jan (Gijsbertsz) Bout die een halve Broeder is
geweest van Claas Gijsbertsz Bout overleden binnen dese Dorps Huijzen
- Mitsgaders Rut Perk als getrout sijnde met Grietje Jacobs Bout, enige nagelaten dogter van Jacob Gijsbertsz Bout die een volle broeder is geweest van de gemelde Claas Gijsbertsz Bout.
- Nog Tijmen Willemsz enige nagelatene soon van Willemtje Gijsberts (Bout) die een halve suster is geweest van de gemelde Claas Gijsbertz Bout
- Als mede Dirk Tijmensz Cos soo voor sig selve als de rato caverende voor Neeltje Jans, dogter van Willemtje Tijmens (Cos), welke Willemtje Tijmens (Cos) een dogter en hij comparant een soon is van Neeltje Gijsberts Bout, - sig verder sterk
makende voor het enige nagelaten kind van Jan Tijmensz Cos welke mede een soon was van de voorn: Neeltje Gijsberts Bout; Compareerde mede Willem Ebbe Koij en Jan Gerritsz Commin buurmeesters deses dorps huijzen als alimenterende Tijmen Jansz
Ruijter sijnde mede een kint van de voorn: Willemtje Tijmensz en die alle te samen kind en kindskinderen van de meergem: Neeltje Gijsberts Bout welke een halve suster is geweest van de voorn: Claas Gijsbertsz Bout
- Wijders compareerde Jan Schaapherder als in huijwelijk hebbende Gerritje Cornelis en uijt dien hoofde voor sig self en nog benevens Jacob Tijmensz de rato caverende voor Willempje Cornelis, die benevens sijne huijsvrouw kinderen sijn van
Claasje Gijsberts Bout; en nog deselve Jan Schaapherder en Jacob Tijmensz de rato caverende voor Jan de Kapper en Claasje Hendriksz beijde kindkinderen van de voorn: Claasje Gijsbertsz Bout; nog compareerde Gerrit Doorn als voogd over Jan Tijsz
Doorn, welke een soon is van Geertje Cornelis, die een dogter was van Claasje Gijsbertsz Bout, welke Claasje Gijsbertsz Bout mede een halve suster was van de voorn: Claas Gijsbertsz Bout, en dus alle de voorn: comparanten te samen enige en
universele erffgenamen van de voorn: Claas Gijsbertsz Bout.
Verder compareerde:
- Harmen Jacobsz broeder van wijlen Geertje Jacobs in leven weduwe van Claas Gijsbertsz Bout
- Jacob Wijgertsz nagel. sone van Wijgert Jacobsz die een volle broer was van de voorn: Geertje Jacobsz
- Nog Gerrit Vos en Claas Ebbe Koij als voogden over de 2 minderj. kinderen van Jan Claasz Post en Aaltje Lambertsz welke Aaltje Lamberts de enige nagelaten dogter was van Lijsbet Jacobsz, en deselve een suster van Geertje Jacobs
- Compareerde wijders Claas Jacobsz Jongerden een soon van Gerritje Jacobs die mede een suster was van meergen. Geertje Jacobs
- Als mede Lambert Lambertsz Prins soons soon van de voorn. Gerritje Jacobs geprocreeert bij Claasje Jacobs (Jongerden)
- en nog deselve Claas Jacobsz Jongerden in qualt als mede voogd nevens Jacob Harmensz over de drie (3) minderj. kinderen van Claasje Jacobs (Jongerden), die een dogter was van gem: Gerritje Jacobs
- Nog compareerde Meijns Claasz, mitsgaders Rijk Hendriksz als in huwelijk hebbende Gerritje Claas te samen de enige nagelaten kinderen van Claas Meijnsz en Geertje Jacobs (Jongerden), sijnde deselve Geertje Jacobs (Jongerden) en dogter van
Gerritje Jacobs en deselve een suster van Geertje Jacobs weduwe van Claas Gijsbertsz Bout
- Laastelijk Wijgert Jansz Doorn alsmede Cornelis (Gerbertsz) Rebel getrouwt sijnde met Aaltje Jans Doorn, en Jan Willemsz Boer in huijwelijk hebbende Jannetje Jans Doorn, mitsgaders Jacob Tijmensz in qualt. als voogd over Marritje Rutten
dogter van Claasje Jans Doorn alle te samen kinderen en kindskind van Jan Jacobsz die een broer is geweest van Geertje Jacobs,
- Sijnde de voorn: laaste comparanten te samen de enige en universele erfgenamen van Geertje Jacobs in leven weduwe van Claas Gijsbertsz Bout
- en gevolgelijk alle de comparanten in dese gemelt de enigste erfgenamen ex Testamente van Claas Gijsbertsz Bout en Geertje Jacobs in leven egtelieden alhier tot Huijzen, tekennen gevende op 29-09-1724 publicq te hebben vercogt een huijs
mitsgaders enige landerijen waartoe gemachtigd waren Jacob Tijmensz en Jacob Wijgertsz,
tr. (2)
met Willetien Tijmens Kos.
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Gerrit | *1695 | Huijsen | | < 1697 | | 0 | 0 |
2 | Gerrit | *1697 | Huijsen | | < 1698 | | 0 | 0 |
3 | Gerrit | *1698 | Huijsen | †1759 | Huijsen | 60 | 3 | 3 |
4 | Jan | *1703 | Huijsen | †1780 | Huijsen; Jan Jansz Bemmel | 77 | 1 | 4 |
>